Herziene richtlijn Bouwbesluit

In het Bouwbesluit 2012 zijn de eisen aan hernieuwbare energie opgenomen die 1 februari 2022 in werking zijn getreden. Deze vloeit voort uit de herziening van de richtlijn hernieuwbare energie (REDII) van 11 december 2018.

Wanneer geldt de eis
U bent verplicht een minimumwaarde hernieuwbare energie (HE) toe te passen in het geval dat:

  • het een ingrijpende renovatie is en
  • u een installatie voor ruimteverwarming of -koeling plaatst, vernieuwt, verandert of vergroot

Een renovatie is ingrijpend als meer dan 25% van de oppervlakte van de integrale gebouwschil verandert. De gebouwschil bestaat uit de begane vloer, de buitenmuren, de ramen, de kozijnen, de deuren en het dak.

Woningcorporaties
Veel voorkomende maatregelen die woningcorporaties treffen veranderen de integrale gebouwschil niet en dan is de eis dus ook niet van toepassing. Bijvoorbeeld het na-isoleren van luchtspouwen of isoleren van daken tegen het bestaande dakbeschot. Het vervangen van het dak inclusief dakbeschot valt dan weer onder renovatie en dan kan deze eis wel gelden.

Hernieuwbare energie

Met hernieuwbare energie wordt duurzame energie bedoeld, afkomstig van natuurlijke bronnen. Hiervoor zijn verschillende technieken te gebruiken, waaronder zonnepanelen, een warmtepomp of een warmtenet.

Het bepalen van de hoeveelheid hernieuwbare energie kan op twee manieren worden gedaan:

  1. Specifiek voor de opwekking van zonne-energie is de PV-rekentool van RVO te gebruiken
  2. Met een NTA8800 rekentool waarmee ook het energielabel wordt bepaald


Maatregelen die geen bijdrage leveren aan de hoeveelheid hernieuwbare energie:

  • Gebruik van biomassa
  • Gebruik van aardgas/biogas
  • Gebruik van groene stroom (ingekochte elektriciteit)
  • Gebruik van groen gas via het gasnet
  • Warmte die uit het gebouw wordt betrokken
  • Toepassen van externe warmte- of koudelevering zonder (BCRG) kwaliteitsverklaring
  • Gebruik van passieve zonnewarmte / passieve koeling

Uitzonderingen

De nieuwe eis geldt voor alle vormen van woning- en utiliteitsbouw, inclusief monumenten. In het Bouwbesluit is echter een aantal uitzonderingen beschreven. De belangrijkste zijn:

  • Gebouwen die zijn aangesloten, of binnen drie jaar aangesloten worden, op een warmtenet
  • Als de maatregelen die nodig zijn een terugverdientijd hebben van langer dan 10 jaar Individuele maatregelen met een terugverdientijd kleiner of gelijk aan 10 jaar moeten uitgevoerd worden, ook al wordt daarmee de eis uit het Bouwbesluit niet gehaald.
  • Als er aantoonbaar bouwtechnische (fysieke) beperkingen zijn waardoor het niet mogelijk is hernieuwbare energie op te wekken

De handhaving van de nieuwe eis ligt bij de gemeenten. Voor meer informatie: Leidraad eis hernieuwbare energie bij ingrijpende renovatie

Meer weten over

dit nieuwsartikel?

Neem contact op met Rob.